Toen ik deze week met een slakkengangetje van 30 kilometer per uur door de Nootmuskaatstraat reed, dacht ik heel even aan de klagende expat die zich onlangs de woede van de halve Jordaan op haar hals haalde. Mevrouw woont inmiddels ‘al’ 2 jaar lang aan de Leliegracht en heeft de moeite genomen om een briefje over ‘de klokken van de Westerkerk’ bij haar buurtgenoten in de brievenbus te droppen. Hierin probeert ze de geadresseerde ervan te overtuigen dat het voor de nachtrust van de Amsterdammer beter zou zijn dat de Westertoren tussen elf uur ’s avonds en zeven uur ’s ochtends het zwijgen wordt opgelegd. Fascinerend vind ik het. Terwijl Amsterdam zo’n 50.000 woningen tekort komt, heeft mevrouw de Expat een stekje aan de Leliegracht weten te bemachtigen om vervolgens uiteen te zetten wat haar níet bevalt. In plaats van te genieten van haar buurtje, kiest ze ervoor om achter haar MacBook plaats te nemen om een briefje te tikken en in veelvoud uit te printen. Wieberen
Lees ook: Géén sambal erbij!
Een briefje waarin ze met haar decadente en abjecte eenvrouwsactie zieltjes probeert te winnen. ‘Maak je niet zo druk, ze vindt bij niemand gehoor’, wordt er dan vaak gezegd. Maar dat is dus een misvatting. In de krant kreeg ze bijval van ene Riet, die aan haar kant staat en ook van mening is dat Amsterdammers ‘best eens mogen vertellen dat ze lijden’. Ook Riet heeft last van ‘gigantisch’ (altijd overdrijven!) uitgedijde terrasjes voor haar deur, de hele nacht kletsende toeristen in binnentuinen en dronkevrouwsliederen zingende fietsers. ‘Wat moet ik (74) dan, als ik mijn ongenoegen niet meer mag uiten? Deze stad verlaten?’, besluit ze haar opiniestuk. Terwijl ik de Nootmuskaatstraat achter me liet en via de Kurkumakade mijn weg vervolgde, formuleerde ik mijn advies: ‘ja Riet, ik (49) vindt dat het nu gíga tijd wordt om – op zijn Amsterdams gezegd – te wieberen!’
Martijn van Stuyvenberg
Hoofdredacteur Mokum Magazine