Hondenbezitters in de buurt van de Driehoekstraat hebben al maandenlang de onhebbelijke gewoonte om enórme drollen van hun huisdier voor de deur van – met name – buurman Kees te laten liggen. Na zorgvuldig uitgevoerde inspecties zijn het veelal van die dikke, glanzende lichtbruine keutels waarvan mijn huisarts bij de eerste aanblik ongetwijfeld zou concluderen – indien het de mijne waren – dat ik kerngezond zou zijn. Als groot liefhebber van poep- en pieshumor moet ik in eerste instantie altijd lachen als er ’s ochtends weer één in de buurt van het stoepje van Kees blijkt te liggen. Ik verheug mij dan allereerst op zijn flink geërgerde gezicht, waarna hij de uitwerpselen met stoepkrijt omcirkelt en een opvallend handgeschreven briefje op zijn deur plakt. Dat zijn meestal hilarische tekstjes als: ‘let a.u.b. op uw hond, want anders staan wij straks weer in de stront’. Schijtstad

Lees ook: Golden Girl

De werking van zo’n pakkende slogan blijkt echter van korte duur. Na de laatste slagzin van twee weken geleden lag er deze week alwéér zo’n verraderlijke hondenbolus… maar nu pal bij óns voor de deur! De drol brak bijna in tweeën toen ik ‘m met flink wat toiletpapier naar zijn laatste rustplaats begeleidde. Direct nadat ik ‘m had doorgespoeld, waste ik mijn handen en rende vol afschuw naar de alom geprezen straatdichter. ‘Kees, nu ligt er bij míj zo’n vers gedraaid torentje voor de deur. Kan jij ook zo’n dwingend tekstje voor mij bedenken?’ Als ware hij Joost van den Vondel schudde hij er ter plekke een uit zijn mouw. Tot op heden durf ik het alleen nog niet aan om deze op ons raam te hangen, omdat de woke gemeenschap er wellicht een bedreigende uitlating in ziet en dan hebben we pas écht stront aan de knikker! Maar zelfs de overbuurman adviseerde me om daar – ook heel toepasselijk – schijt aan te hebben. Misschien moeten we er dus toch maar een tegel van laten drukken, zodat iedereen in deze schijtstad profijt heeft van de door Kees bedachte uitlating: ‘het hondje dat hier nog één keer schijt, is daarna meteen zijn baasje kwijt!’

Martijn van Stuyvenberg
Hoofdredacteur Mokum Magazine