Valentijn Driessen (62) werd verliefd op voetbal dankzij – hoe kan het ook anders – Johan Cruijff, werkt al sinds de jaren ’80 bij De Telegraaf en is tegenwoordig het kijkcijferkanon van Vandaag Inside. Speciaal voor Mokum Magazine geeft de antagonist van Louis van Gaal voor het eerst in jaren een één-op-één interview.
Je hebt inmiddels ongetwijfeld een naamsbekendheid van zo’n 80, 90 procent, maar hoe reageert men doorgaans op de naam ‘Valentijn Driessen’?
(lachend) ‘Als de reactie positief is, word ik meestal azijnzeiker genoemd. En dingen als ‘oprotten met je krant’ hoor ik ook weleens. Negen van de tien mensen die mij kennen van VI vragen of ik de groeten wil doen aan Johan Derksen.’
Sportvraag der sportvragen: wat gaat er dan door je heen als je negatieve reacties krijgt?
‘Niks. Ik ben het gewend. Bij PSV moest ik een keer rennen. Stond ik op een parkeerplaats, ver van het stadion. We liepen langs de plek waar de harde kern altijd samenkwam. Hoorde ik ineens: ‘daar loopt ‘ie, daar loopt ‘ie!’ Een aantal mensen kwam achter mij aan en ja, dan moet je toch rennen.’
Bij wie lig je het best: bij Ajacieden, PSV’ers of Feyenoorders?
‘Als je bij Ajax komt, ben je een kakkerlak. Kom je bij Feyenoord, dan ben je een jood. En bij PSV ben je een jood én een kakkerlak.’
Tekst gaat verder onder de foto
Lees ook: Sjaak Swart keihard over nieuwe generatie voetballers: ‘Wij kregen van Michels nooit één vrije dag’
Hoe kan het eigenlijk dat iedereen Valentijn Driessen kent, maar niemand Valentijn Driessen écht kent?
‘Misschien omdat mensen de echte Valentijn Driessen niet willen kennen? Het is niet dat ik bewust dingen voor mezelf houd. Dit is, denk ik, het eerste interview in jaren dat ik face to face geef. Dat doe ik eigenlijk nooit. Als ik één of twee keer zo’n verzoek afwijs, haken de meesten af. Maar jullie bleken volhardender te zijn. Bij VI wil Wilfred Genee alles van je weten en dat je je hele privéleven op tafel gooit. Daar heb ik niet zoveel zin in.’
Je werk is in Amsterdam en je hebt veel te maken met Ajax. Je bivakkeert dus regelmatig in de hoofdstad. Maar wat is jouw band met de stad?
‘Mijn tijd in Amsterdam spendeer ik veel op de redactie, of in de ArenA. Verder ben ik er eigenlijk heel weinig. Nu ik getrouwd ben en kinderen heb, kom ik nog minder in de stad. Toen ik vrijgezel was, heb ik er wel aardig wat tijd besteed. Dan hadden we op vrijdagavond om 23:30 uur een deadline en daarna gingen we de stad in. Maar ik heb nooit een huis of kamer in Amsterdam gehad.’
Tekst gaat verder onder de foto
Lees ook: Jaap de Groot: ‘Ik mis onze vriendschap en de lessen die Johan me leerde’
Hoe kwam je in aanraking met Ajax?
‘Ik groeide op in de gouden jaren 70 van Ajax. Mijn liefde voor het goede voetbal is toen gegroeid. Van Johan Cruijff was ik altijd groot fan. Wat Ajax betreft leg ik de lat steevast heel hoog en ik vind dat ze dit in Amsterdam veel te weinig doen. Het is wat mij betreft heel belangrijk dat Ajax die identiteit van Cruijff in zich houdt. Daarom blijf ik de club langs de Johan Cruijff-meetlat leggen. Hij heeft Ajax tenslotte op de kaart gezet. Daarmee heb je zo’n rijkdom in handen, dat mag je nooit verloochenen.’
Als je een duidelijke mening hebt, kan het ook zijn dat je achteraf mis zit…
‘Mijn voorspellingen zitten er vaak naast. Maar als mijn voorspellingen altijd klopten, zou ik in het casino gaan zitten.’
Een vraag die al jaren boven het land hangt, video’s hierover gaan nog steeds viraal: waarom werd Van Gaal nou altijd zo kwaad op jou?
‘Ik weet niet of hij écht boos was. Van Gaal kende mij al heel lang, ook uit de tijd van Ajax in de jaren 90 en zijn eerste periode bij het Nederlands elftal. Dus ik denk dat hij mij gebruikte om de boel op scherp te zetten en te laten zien dat hij de regie in handen had. Van die tijd heb ik wel genoten, hoor. Ik mis die man wel.’
Interview Boris van Leeuwen Foto’s Koen van Assema
