Zaterdagmiddag 6 september was Boom Chicago het toneel van een bijzondere middag: Up Close and Personal met Mister Ajax zelf, Sjaak Swart. Onder leiding van presentator Nino Wilkes blikte het inmiddels 86-jarige clubicoon terug op een leven lang rood en wit. Het leverde een middag vol anekdotes, nostalgie en scherpe observaties op.

Swart benadrukte dat hij nog altijd als adviseur betrokken is bij Ajax, maar dat de club geregeld zijn adviezen naast zich neerlegt. ‘Ik ben eigenlijk altijd scout geweest. Ik heb ze zoveel voorbeelden gegeven, maar als ze niet willen luisteren, dan houdt het op.’ Een pijnlijk voorbeeld: Khvicha Kvaratschelia, tegenwoordig sterspeler van de Europese grootmacht Paris Saint-Germain.

Kritiek op het moderne voetbal

Swart spaarde de huidige generatie niet. Discipline en arbeidsethos vindt hij ver te zoeken.
‘Wij kregen van Michels nooit één vrije dag. Hooguit twee uurtjes. Nu hebben ze er zomaar twee per week. Waarom? Gebruik die tijd om te werken aan waar je nog niet goed in bent. Dat missen we bij de jongens van nu.’

Ook leiderschap ontbreekt volgens hem: ‘Je moet achterin een baas hebben. Die is er nu niet.’ Over de spelersgroep was Swart ronduit streng: ‘Ze zijn ook lekker lui, die jongens. Ze denken allemaal dat ze verschrikkelijk goed zijn.’

Tekst gaat verder onder de foto

Lees ook: Wilfred Genee: ‘Bij Cruijff was er geen enkele barrière’

Trainers en spitsen

De Italiaan Francesco Farioli, vorig seizoen nog trainer van Ajax, kreeg lof: ‘Hij heeft in elk geval de conditie erin gebracht.’ Toch blijft het pijnlijk dat Ajax onder hem een voorsprong van negen punten in de slotfase van de competitie weggaf en zo naast de landstitel greep.

De gouden jaren en Johan Cruijff

Natuurlijk kwamen ook de successen van de jaren ’60 en ’70 voorbij. ‘Van 1965 tot 1973 hebben we alles gewonnen wat we konden winnen. Wij hadden echt een geweldig team. Voor de wedstrijd bepaalden we altijd: welke speler schakelen we uit? Dat was Ajax.’

En wie voor hem de grootste aller tijden is, laat zich raden: ‘Nummer 14. Johan. De beste. Ik heb ook op het veld gestaan met Eusébio, Maradona, Pelé, maar Johan was uniek.’

Met historische videobeelden, anekdotes over Cruijff en verhalen uit de kleedkamer gaf Sjaak Swart het publiek een inkijkje in een ongeëvenaarde carrière. En zoals altijd: recht voor z’n raap. Of, zoals Mister Ajax het zelf samenvatte: ‘Mooi hè? Dit is het leven.’

Tekst Boris van Leeuwen, Julien van Wel Foto’s Koen van Assema Met dank aan Nino Wilkes