Op dinsdag 17 mei staat Karin Bloemen samen met Cor Bakker in het DeLaMar Theater met de voorstelling Waar waren we gebleven? Mokum Magazine praat bij met de veelzijdige cabaretière, zangeres en actrice.

Waarom wonen jullie onder de rook van Amsterdam en niet in een pandje aan de Prinsengracht?

‘Ooit woonden we inderdaad aan de Prinsengracht, tussen de Vijzelgracht en de Utrechtsestraat. Toen ik de zorg kreeg over mijn zoon Gerben (Karin heeft hem na het overlijden van haar zus Annelies opgevoed, red.) bleek al gauw dat hij heel angstig was en zich daar niet veilig voelde. Dat lag niet aan Amsterdam, maar voor zo’n jong en beschadigd kind waren er teveel indrukken. Mijn man Marnix en ik hebben toen besloten om te verhuizen. Of dat moeilijk voor ons was? Nou, het grappige is dat – zodra je ouder wordt – jouw wensen op de tweede plaats komen. We wonen nu al jarenlang op een superfijne en rustige plek waar de sloot voor de deur de grens vormt met Amsterdam. Met Oud & Nieuw gaan we op de brug staan en kijken we naar het vuurwerk dat in de hoofdstad wordt afgestoken.’

Met onder andere Karins Tuintips op YouTube en het verschijnen van een prachtig haakboek van jouw hand kunnen we concluderen dat jij je creatief gezien kranig door de coronaperiode heen hebt geslagen. Zie je dat zelf ook zo?

‘Het was de gekste klap die je als artiest kon krijgen. Het was vooral een hard gelag om mijn vak niet te kunnen uitoefenen. In het begin dacht ik nog: ‘lekker, even twee weken vrij en daarna kunnen we weer!’ Maar eind 2020 voelde het alsof ik met pensioen was gegaan. Ik voelde me ontzettend nutteloos, terwijl dat nergens op sloeg want we hebben keihard doorgewerkt. Als middenstandsdochter en solo artiest weet ik gelukkig dat als ’t linksom niet gaat, je altijd nog rechtsom kan gaan. Maar ik was wel enorm gekwetst door Hugo de Jonges opmerking ‘ga anders een dvd’tje kijken’. Wát een belediging aan ons, het vak en aan de waarden van kunst, cultuur en entertainment die op ongepaste wijze en met heel veel dédain in de vuilnisbak werden geflikkerd.’

Wanneer is Karin Bloemen eigenlijk op haar best?

‘Als ik mag zorgen en regelen voor een ander. Als mijn dochters of zoon iets nodig hebben, als ik moet oppassen op mijn kleinkind, als mijn zuster een nieuw huis nodig heeft: ik ben dan zo iemand die snel aanpakt en actie onderneemt. Ik vaar er wel bij als ik iets kan toevoegen voor een ander.’

En wat is het grootste misverstand over jou?

‘Vaak denken mensen dat ik heel sterk ben, omdat ik krachtig kan overkomen. Bijna onaantastbaar en niet emotioneel zelfs, terwijl dat natuurlijk niet zo is. Ik ben gewoon een watje. Maar als ik iets zeker weet, dan kan ik ervoor strijden en dat heb ik de afgelopen tweeënhalf jaar ook gedaan op het gebied van misbruik, incest en geweld tegen vrouwen. Ik heb geprobeerd om alle organisaties die daarmee te maken hebben te ondersteunen en aandacht te geven. Zeker in een tijd van lockdowns gaat er ‘achter de voordeur’ heel veel mis.’

Vind jij dat je in je carrière bent onderschat, op waarde geschat of overschat?

‘Hier in Nederland heb ik alles eruit kunnen halen wat erin zat en ik ben in al die jaren met alle egards behandeld. Bovendien heb ik het geluk gehad dat ik voor mijn gevoel heel vaak op het juiste moment op de juiste plaats was.’

Van een luxe resort tot een oud schoolgebouw, van een zaaltje in een hotel tot een rustiek pleintje in een dorp: overal heb je opgetreden. Aan welke plek in Amsterdam bewaar jij je meest dierbare herinneringen?

‘Als eerste denk ik nu aan mijn allereerste grote optreden in Amsterdam, in het Concertgebouw. Ik was 19 en stond opeens met een prachtig koor op zo’n bijzondere plek. Dat was zo indrukwekkend! Lelijk ambitieus, wat ik toen nog – ik zong de vullingen uit mijn gebit om indruk te maken. Ook onvergetelijk was een optreden op de Dam tijdens de millenniumwisseling. Het was zó ontzettend druk, dat ik met een politiecordon en een hartslag van 240 door een mensenmassa heen moest lopen. Tot slot wil ik ook nog even een optreden tijdens de Gay Pride noemen, waar ik in een grote, roze jurk mocht zingen voor die altijd warme en dankbare community. Dat was zó gaaf en toen voelde ik me ook echt een ontzettende Amsterdammer.’

Vind je Amsterdam veranderd?

‘Amsterdam ís heel erg veranderd. Ik heb er samen met Jan Beuving een nummer over geschreven: Amsterdam gaat dood. Er was vroeger veel meer chaos en gekkigheid en leven in de stad. Het leven is er een beetje uitgejaagd. Inmiddels zijn de echte, authentieke Amsterdammers allang weg en is het te duur geworden om er te wonen. Ik snap ook niet dat de gemeente niet veel meer heeft ingezet op sociale woningbouw en gewoon verbiedt dat iemand – ik noem geen namen, maar hij behoort tot de Koninklijke familie – honderden pandjes in Amsterdam voor veel te veel geld verhuurt. Ik vind dat onbehoorlijk. Als brave muts denk ik bij het lezen van dat soort berichten: en dat mág?!’

Op 17 mei sta je in het DeLaMar Theater met de voorstelling Waar waren we gebleven?

‘Deze voorstelling begint met het verhaal hoe gek het kan lopen in je leven. En dat ik, door de coronapandemie, zelfs in vertwijfeling raakte hoe het verder moest. Naast mijn eigen verhaal laat ik vier types aan het woord die allemaal hun eigen belevenissen vertellen. Van een vrouw uit de provincie tot een Cor Bakker-dissende jazz-zangeres en zelfs een woke-typetje: ze komen allemaal voorbij. In deze verrassende en betoverende voorstelling heb ik geprobeerd om uit te vergroten wat er in de afgelopen twee jaar is gebeurd. Het is een compleet avondje uit, met weergaloze kostuums en prachtige liedjes waarin ik letterlijk en figuurlijk álles uit de kast trek.’

Volgende maand word je 62. Wat zegt dat getal je?

‘Prachtige leeftijd, toch? Angela Groothuizen is op diezelfde leeftijd nog begonnen met Tinderen, dus ik bedoel maar. En ook ik sta nog heel ver van een kunstgebit, een steun bh en Bonzo kousen af, hoor!’

Kijk voor meer informatie en speellijsten op labloemen.nl

Interview Martijn van Stuyvenberg

Karin Bloemen Karin Bloemen